De stellingen in dit onderdeel helpen gemeenten hun bewustzijn en positionering ten aanzien van Common Ground in kaart te brengen. Ze stimuleren reflectie op de noodzaak van gemeentelijke regie op gegevens, de ontwikkeling van een gedeeld beeld van de scheiding tussen data en applicatie, en de waarde van data bij de bron. Door te beoordelen waar de organisatie staat in haar visie en oriëntatie, ontstaat ruimte voor structurele keuzes die hergebruik bevorderen en aansluiten op open standaarden en API’s. Een heldere visie vormt de basis voor het maken van toekomstgerichte architectuurkeuzes.

Een Common Ground-aanpak vereist meer dan alleen technische aanpassingen. Dit onderdeel focust op organisatorische borging, eigenaarschap en regie. De stellingen maken inzichtelijk of de gemeente actief werkt aan gemeentelijke regie op gegevens en of er een basis is gelegd om data bij de bron duurzaam te beheren. Ook het gesprek over de scheiding van data en applicatie vraagt om sturing en samenwerking tussen afdelingen. Een goed geregisseerde organisatie is beter in staat om herbruikbaarheid van data mogelijk te maken en open standaarden en API’s daadwerkelijk te implementeren.

In deze sectie staat het applicatielandschap en het gebruik van data centraal. Gemeenten worden geholpen bij het bepalen in hoeverre zij hun systemen en datastructuren kennen, en of zij de principes van data bij de bron en scheiding van data en applicatie herkennen en toepassen. Ook wordt duidelijk of er zicht is op herbruikbaarheid van data, of leveranciersafhankelijkheden inzichtelijk zijn gemaakt, en of open standaarden en API’s al worden ingezet. Deze inzichten zijn essentieel voor het maken van toekomstbestendige keuzes binnen portfoliomanagement en informatievoorziening.